Sommige mensen gaan voor de bal. Anderen krijgen de bal… keihard tegen hun scheenbeen. En precies daarom bestaan scheenbeschermers. Maar hé, niet elke sport vraagt om hetzelfde type bescherming. Of je nu voetbalt, kickbokst of hockeyt: je schenen verdienen liefde. In dit artikel duiken we in de wereld van scheenbescherming. Met humor, simpele woorden en handige info.
Voetbal, de koning der scheenklappen
Voetbal is eigenlijk een tikspel met een bal. De tackles vliegen je om de oren, en voor je het weet is je scheen het slachtoffer. Daarom zijn stevige, goed zittende scheenbeschermers echt geen overbodige luxe. Het liefst eentje met enkelbescherming, zodat ook je enkels een beetje kunnen meegenieten van de bescherming. Lekker multifunctioneel.
Let bij het kopen op het materiaal. Kies voor lichtgewicht kunststof of schuim, zodat je niet het gevoel hebt dat je met bakstenen in je sokken speelt. Als je op hoog niveau speelt, loont het om te investeren in modellen met compressiekousen en geïntegreerde beschermplaten. Die blijven lekker zitten.
Je hebt ook scheenbeschermers met klittenband of insteekmodellen. De ene schuif je zo je sok in, de ander klik je stevig vast. Dat is een beetje een kwestie van voorkeur. Ben je een slidingkoning die niet bang is om z’n been tussen de bal en de tegenstander te gooien? Dan weet je het antwoord al: stevig, dik en met extra padding.
Kickboksen vraagt om flexibiliteit en dikke padding
Bij kickboksen gaan de schoppen alle kanten op — jouw schenen zijn dan vaak de klos. Daarom zijn dikke, lange scheenbeschermers met wreefbeschermer geen overbodige luxe. Je wil tenslotte niet huilend van de mat strompelen na een lowkick. Comfort is key, maar bescherming staat met stip op één.
Goede kickboksscheenbeschermers zijn gemaakt van kunstleer of echt leer, met stevige vulling aan de binnenkant. Ze moeten je hele scheen bedekken én netjes blijven zitten, ook als je als een ninja rond springt in de ring. Kies voor klittenbandsluitingen als je snel in en uit wilt stappen, of elastiek als je meer bewegingsvrijheid wil.
Er zijn ook topmerken die uitblinken in zowel stijl als functionaliteit. Denk aan Puma scheenbeschermers, die niet alleen strak ogen, maar ook zorgen voor goede schokabsorptie en grip. Ze zijn ideaal voor sporters die houden van betrouwbare gear zonder in te leveren op comfort en looks.
Hockey: klein oppervlak, hoge impact
Bij hockey draait het allemaal om snelheid en — jawel — keiharde ballen. En dan bedoelen we letterlijk. Die dingen gaan soms met 100 km/u richting je benen. Daarom zijn hockeystick en scheenbeschermer dikke vrienden. Ze redden je van blauwe plekken, of erger nog, een tripje naar de EHBO.
Hockeyscheenbeschermers zijn meestal langer en platter dan die van voetbal. Ze lopen vaak door tot onder de knie en zijn voorzien van een stevige buitenkant van kunststof. De binnenkant? Die is juist zacht, zodat je geen schaafwonden krijgt van het zweten. Hockeyers zijn snelle spelers, dus het mag niet te log zijn.
Voor jeugdspelers zijn modellen met enkelbescherming en enkelkussens fijn. Volwassenen kiezen vaker voor lichtgewicht modellen met extra ventilatie. Een bijkomend voordeel: de meeste hockeyscheenbeschermers passen perfect in de sokken en schuiven nauwelijks. Ideaal dus als je op snelheid de cirkel in sprint en geen zin hebt in afzakkende bescherming.
MMA, karate en andere schoptoppers
In vechtsporten waarbij je trapt én getrapt wordt, zijn je schenen altijd in de vuurlinie. MMA, karate en taekwondo vragen om flexibele en goed gevormde scheenbeschermers die niet alleen je botten beschermen, maar ook geen beperkingen geven tijdens het bewegen. Want je wil geen ninja zijn met loodzware benen.
Bij deze sporten kies je vaak voor een lichte, anatomisch gevormde beschermer met zachte padding. Let goed op de maat: te groot en je gaat erover struikelen, te klein en je voelt alsnog elke trap alsof je tegen een stoeprand botst. Sommige modellen zijn gemaakt van neopreen, wat strak en soepel aansluit.
Voor wedstrijden gelden vaak regels over welke scheenbeschermers zijn toegestaan. Let dus altijd op de eisen van je sportbond of trainer. Tip: koop altijd twee paar — eentje voor training (die lekker afgetrapt mag zijn) en eentje voor wedstrijden (die je moeder goedkeurt). Zo kom je stijlvol en veilig uit elke clinch.